Leerkrachten zijn geen boemannen

In De Zevende Dag was er weeral een pleidooi te horen om de ABC-attesten van het secundair onderwijs te veranderen. Kop van Jut waren de klassenraden, die zouden vrij vertaald incompetent zijn. Het was één tirade die leerkrachten verdacht maakten van persoonlijke afrekeningen. Het grote slachtoffer is de rebel, die als straf zou moeten zittenblijven. Het is niet netjes van spindoctor Noel Slangen om leerkrachten zo te framen. Ik geef leerkrachten hierbij een steuntje in de rug.

Autonomie

Het erge aan het discours van Noel Slangen is dat het absoluut niet gaat over het zittenblijven an sich, maar dat anderen beslissen over het lot van de leerlingen (in deze de klassenraad). Autonomie wordt door liberalen als het hoogste goed aanzien. Wat ik al in een vorige blog aantoonde, is autonomie ook een veel misbruikt begrip. Voor autonomie zijn er drie voorwaarden: rationeel, geïnformeerd en ongedwongen.

Voor pubers gelden geen enkele van de voorwaarden. Zij zijn nog niet volwassen en worden door de staat niet aanzien als volledige autonome individuen. De reden is simpel: pubers hun brein is onderontwikkeld en zij kunnen nog niet verder kijken dan hun neus (of hun vrienden(innen)) lang is. Zij kunnen nog niet rationeel denken of bevatten wat de gevolgen van hun daden zijn. Daarom is de wet lakser tegenover pubers die misdrijven begaan. De ouders hebben daarom voogdij en beslissingsrecht over hun pubers, pubers die mogen meebeslissen over hun schoolrichting is eerder een privilege gegeven door de ouders. Uiteindelijk zijn zij die de beslissing nemen.

Autonomie is dus een non-argument. Liberalen ontkennen vaak dit en willen pubers alsmaar meer beslissingsrecht geven. Om de zoveel jaar duikt er een voorstel op om het stemrecht aan 16-jarigen te geven. Liberalen zijn hierbij hypocriet, zij willen de lusten van het volwassen-zijn wel geven maar niet de lasten. Een 16-jarige die iemand in elkaar slaat kan nog altijd door de jeugdrechter berecht worden (of de rechter zou moeten beslissen dat de puber als een volwassene moet worden berecht). Nochtans zal geen enkele liberaal ijveren om 16-jarigen per definitie als volwassene te laten berechten.

Beslissingsrecht

De discussie gaat dus over wie het beslissingsrecht heeft: de ouders of de klassenraad. Er zijn redenen om aan te nemen dat de klassenraad hier beter voor geschikt zijn.

Ten eerste, de leerkrachten kennen de leerling beter. Ja, ouders hebben vaak geen flauw benul wat hun oogappels uitspoken op school. De schoolresultaten en de occasionele nota zijn maar de top van de ijsberg. Wat vertelt een schoolresultaat nu over capaciteiten? Er is ook een attitudecomponent.

Volgens Slangen is attitude niet van belang. Hij kan niet meer fout zijn. Doorzettingsvermogen, werkethiek, studiehouding, ... zijn ook factoren die van belang zijn. Dat is natuurlijk niet wat Slangen doet. Als de eerste de beste complotdenker gelooft hij dat klassenraden dienen als persoonlijke afrekening voor rebellen. Het siert hem als liberaal dat hij de underdog verdedigt, maar hij idealiseert de rebellen. Als zulke "rebellen" op de klassenraad worden besproken is dit omdat er serieuze gedragsproblemen zijn. Zulke "rebellen" mogen blij zijn als ze volgend jaar mogen terugkomen.

Leerkrachten zijn trouwens geen boemannen die allemaal samenzweren tegen een leerling (of zoals Slangen insinueert, discrimineren op basis van afkomst of klasse). Zij hebben wel degelijk het beste voor met de leerling, gebruiken al hun kennis & ervaring om te beoordelen en maken geen lichtvaardige beslissingen. Zij beseffen dat de beslissing die zij maken levens kunnen veranderen. Het zou Slangen sieren eerst eens een klassenraad gaan bijwonen voordat hij leerkrachten schoffeert.

Anomalieën en anekdotes

Wat Noel Slangen ook doet is de discussie verschuiven naar anekdotes. Hij rakelt niet-verifieerbare verhaaltjes op van mensen die zogezegd zijn benadeeld door de beslissing van de klassenraad. Deze verhaaltjes kunnen wel of niet waar zijn, het valt ook te verwachten dat de klassenraad af en toe in de mist gaat. Achteraf is het makkelijk praten: wat als ze zus of zo hebben gedaan... Niemand heeft een glazen bol en kan in de toekomst kijken.

Voor Slangen is deze imperfectie een reden om te twijfelen aan de competentie van de klassenraden. De klassenraad is weerloos, want zij kunnen niet bewijzen hoe vaak dat ze wel juist zaten. Mijn gevoel zegt eerder dat de klassenraad zelden fout is en het eerder anomalieën zijn. Dit heeft geen waarde, want elke onschuldige leerling die foutief is blijven zitten of gezakt is, is er één te veel volgens liberalen. Ik kan begrip opbrengen maar is dit een reden om het kind met het badwater weg te gooien? Zal Slangen de rechters ook buitengooien omdat zij een onschuldige hebben veroordeeld?

Dit wilt natuurlijk niet zeggen dat men kritiekloos de beslissing van de klassenraad moet aanvaarden. Een samenleving kan imperfectie ook alleen maar accepteren als er evaluatieprocedures bestaan om fouten te minimaliseren. Het enige spijtige aan deze evaluatieprocedure is de juridisering van het onderwijs en de daaruit voortvloeiende angstcultuur. Het maakt ook dat men alsmaar meer regeltjes maakt en leerkrachten opzadelt met planlast. Klassenraden vandaag motiveren hun beslissingen uitvoerig en zelden is er sprake van fouten. Frappant dat een liberaal in dit debat niet pleitte voor minder regulitis en meer vertrouwen in de klassenraden.

Het argument van Noel Slangen is ook tweesnijdend: wat met ouders die foute beslissingen nemen die gelukkig door de klassenraad is gecorrigeerd? Zoveel ouders schatten hun kinderen te hoog in, leerkrachten kunnen dit 'mijn kind, schoon kind' syndroom temperen door stokken in de wielen te steken van de ouders. Leerlingen worden door 'mijn kind, schoon kind' slachtoffer van het watervalsysteem. Leerkrachten in de klassenraden kunnen de leerling objectiever beoordelen door hun dagdagelijks contact met die leerling en weten beter dan de ouders wat de leerling wel of niet kan.

Conclusie

Het is niet erg dat klassenraden beslissen over de studies van de leerling. Als puber kan de leerling dit nog niet zelf, ze zijn nog niet volledig autonoom. Leerkrachten zien de leerling elke dag en kennen de leerling beter dan de ouders qua schoolresultaten en competenties. Het is dan ook de logica zelve dat leerkrachten door die expertise een beslissende rol spelen in de schoolcarrière van leerlingen. Imperfectie is hier een non-argument.

Reacties