Dierenwelzijn: waar zijn de gematigden?

Het is lang geleden dat dierenwelzijn zo hoog op de politieke agenda stond. Eerst was er het terugkerend ritueel slachten, dit jaar viel dit ongelukkig op Werelddierendag. Het werkte als een rode lap op een stier voor GAIA (terecht). Recent was er de documentaire van Dirk Draulans over dierenproeven. Piet Huysentruyt is met de dood bedreigd omwille van zijn dieronvriendelijke kookkunsten. Vandaag is er een symposium aan de KUL over dierenproeven met voor- en tegenstanders. Dit heeft Michel Vandenbosch niet belet om de discussie in de media te voeren , geholpen door Knack. Ik verwacht weinig tegenstand of weerwoord. Bij dierenwelzijn zijn er geen gematigden, en dit is nefast voor het debat.

De derde weg

Dierenwelzijn is al te vaak sterk gepolariseerd. Er zijn de mensen van GAIA en er zijn de boeren, de laboranten, de overheid, etc. die afgeschilderd worden als verminkers en net niet sadisten. De dominantie van GAIA in dit debat is te groot, het creëert een "of je bent voor ons of tegen ons" gevoel. Waarom is er geen dierenwelzijnsorganisatie die ertussen staat? Misschien is deze wel maar krijgt deze niet de media-aandacht.

GAIA is een dierenRECHTENorganisatie

Wat het algemeen publiek niet weet is dat dierenwelzijn niet enkel rond GAIA draait. Er zijn twee belangrijke stromingen in de bio-ethiek: dierenwelzijn en dierenrechten. De een is gematigd, de andere radicaal. De een is realistisch, de andere idealistisch. De een is gebaseerd op overleg, de andere is activistisch. Kortom, dierenwelzijn is CD&V-achtig terwijl dierenrechten PVDA+-achtig is. Het moet dan ook begrepen worden dat GAIA geen enkel monopolie heeft op dit onderwerp, geen absolute autoriteit of exclusiviteit. GAIA vertegenwoordigt een uiterste van een breed spectrum, één mening van de vele. Politici zouden dan ook andere meningen aan bod moeten laten komen.

Dierenwelzijn vs. dierenrechten

Allereerst een uitleg over de twee. Dierenwelzijn legt de nadruk op de kosten-baten analyse. Dierenproeven mogen zolang de baten van de mens (onderzoek en medicijnen) de kosten van de proefdieren (pijn en hun levens) overstijgt. Dierenwelzijners zijn er over eens dat mensen de morele plicht hebben om dieren goed te behandelen en hun lijden zoveel mogelijk te verminderen. Hieruit ontstond de 3 V's:
- Vervanging: dieren zouden zo veel mogelijk vervangen moeten worden door alternatieven (bv. weefsels of computermodellen) en "hogere" dieren moeten vervangen worden door "lagere".
- Vermindering: het aantal dieren moet zo min mogelijk zijn om betrouwbare resultaten te bekomen.
- Verfijning: de technieken zouden verfijnd moeten worden voor het minst lijden.

Dierenrechtenactivisten geven, zoals het woord zegt, rechten aan dieren. De kosten-baten analyse wordt totaal overboord gegooid, doordat een dier het recht heeft niet te lijden zijn alle dierenproeven ethisch niet-verantwoord. Dieren mogen niet gebruikt worden als een middel om een doel te bereiken. Dieren kunnen ook nooit toestemming geven voor dierenproeven.

De regering volgt het principe van dierenwelzijn en heeft de 3 V's bij wet vastgelegd. Uitgebreide papierenrompslomp en ethische commissies zullen aanvragen beoordelen voor deze 3 V's. GAIA is een dierenrechtenorganisatie die onder geen enkele voorwaarde dierenproeven zullen accepteren, zelfs als de onderzoeker alles heeft gedaan om wettelijk in orde te zijn.

De morele ladder vs. speciesisme

Sommige dierenwelzijners denken in termen van een morele ladder. Je hebt dieren die hoger worden geacht dan andere en die dus meer bescherming genieten. Onderaan staan ongewervelde dieren zoals wormen en vliegen. Natuurlijk staat bovenaan de mens. Deze indeling is puur moreel en heeft geen (bio)logische basis, de evolutietheorie stelt alle wezens gelijk. Deze bestaat dus alleen in ons hoofd en is dus subjectief. Wij vinden primaten hoger dan muizen omdat primaten meer op ons lijken. Honden, katten en andere huisdieren staan hoger dan koeien of schapen. Muizen staan hoger dan vliegen door de aaibaarheidsfactor.

De andere kant is het speciesisme, zeg maar het racisme van soorten. Deze stelt de menselijke superioriteit in vraag en maakt alle wezens gelijk. Discriminatie gebaseerd op soort is uit den boze. Vele dierenrechtenactivisten zijn aanhangers van deze politiek-correctheid, inclusief GAIA.

Niemand wil zichzelf poneren als superieur dan iets anders, en het speciesisme lijkt voor sommigen aannemelijk. Een klein gedachte-experiment zou anders bewijzen. Je loopt een brandend huis binnen. Je kan kiezen: ofwel red je een puppy of een baby. Ik ben rotsvast overtuigd dat elke gezonde mens kiest voor de baby, van wie dan ook. Het zit gebakken in ons moraal om "eigen soort eerst" toe te passen. Dit is geëxtrapoleerd naar dierenproeven: we offeren dieren op zodat mensenlevens gered kunnen worden.

De ene proef is de andere niet

Als hét grote voorbeeld van slechte dierenproeven wordt toxicologisch onderzoek aangehaald door Michel Vandenbosch. Dieren zouden niet representatief zijn en daardoor onbetrouwbare resultaten geven. Dit hangt af van dier tot dier, het vergt onderzoek naar het in kaart brengen van alle processen van één modeldier. Sommige processen van één dier kunnen vergeleken worden met de mens terwijl anderen niet. Toxicologisch onderzoek op zich zal tegen de toekomst dierproef-vrij zijn, de alternatieven zijn in ontwikkeling.

Het is voornamelijk genetisch, neurologisch en immunologisch onderzoek dat afhankelijk blijft van dierproeven. Deze zijn te complex of te onbekend om te vervangen worden. In het beste geval kan de veelgebruikte rondworm Caenorhabditis elegans i.p.v. muizen gebruikt worden.

Dierenrechtenorganisaties zouden dan ook moeten begrijpen dat een totaal verbod tot stilstand lijdt. Dit veroorzaakt veel menselijk leed en het is dan ook hardvochtig om dit te negeren.

Conclusie

Er is een dringende noodzaak aan een dierenWELZIJNsorganisatie dat de gematigde vorm van dierenwelzijn voorstelt en weerwerk biedt tegen het radicale activisme van GAIA. Zulk organisatie moet zo veel mogelijk onafhankelijk zijn zonder inmenging van de politiek of van bedrijven. Deze zou een brug moeten slaan tussen wat ethisch en economisch/wetenschappelijk mogelijk is.

Zijn er kandidaten of moet ik eerst 11 BV's zoeken?

Reacties