Vlaanderen heeft nood aan een echte republikeinse partij

Het was een terloopse maar rake opmerking van Johan Sanctorum: "republikeinse waarden" is een woord dat nauwelijks nog valt in de Vlaamse Beweging. Een dag later verschijnt een opinie van Bart De Valck (voorzitter Vlaamse Volksbeweging) over het republikeins ideaal broederlijkheid. Wat zijn die republikeinse waarden? Is broederlijkheid er één van? Wat is een republikein in ideologische betekenis? Wat kunnen republikeinen toevoegen aan Vlaanderen? Dit zijn belangrijke vragen in het licht van de recente aanslag op de Thalys en zaken als het hoofddoekenverbod.

Republikein, meer dan een president

Toen ik de woorden las van Johan Sanctorum dacht ik: "Maar de Vlaamse Beweging is toch republikeins? Iedereen (buiten de orangisten) wilt toch van het koningshuis af?". Ik interpreteerde republikein als iemand die als staatsvorm een republiek wilt met als staatshoofd een verkozen president.

Natuurlijk is republikeins zoals Sanctorum bedoelt niet die republikeins. Wat opzoekwerk heeft mij doen leren dat republicanisme een bredere ideologie is dan het streven naar een republiek. Een ideologie die een duidelijk maatschappijbeeld heeft. Meer zelfs, het is een ideologie die rivaliseert met het liberalisme.

Het was de bedoeling dat ik aan Sanctorum ging aantonen dat Vlaanderen wel of niet republikeins is. Dit was buiten Bart De Valck gerekend, hij counterde Sanctorum dat Vlaanderen wel republikeinse waarden heeft nl. broederlijkheid. Broederlijkheid zoals Bart De Valck uitlegde is maar een topje van de ijsberg van wat het is volgens republikeinen. Waar zit hij fout?

Vrijheid als non-dominantie

Het huidige republicanisme is het civiele republicanisme of neorepublicanisme (hierna gewoonweg republicanisme). Het is het kind van de Verlichting en de Franse Revolutie (ik ga het klassieke republicanisme van Aristoteles en de Romeinen niet bespreken). De idealen van het republicanisme komen dus grotendeels overeen met de Verlichting. Liberté, egalité et fraternité zijn evengoed idealen van het republicanisme als van het liberalisme. Zij worden enkel anders ingevuld.

Vrijheid is het meest contrasterende ideaal tussen liberalen en republikeinen. Liberalen zien vrijheid als non-interferentie. Mensen zijn vrij zolang anderen niet interfereren. Liberalen hekelen een staat met regels want dit is meestal onnodige interferentie van de vrijheid van de burger. Republikeinen zien vrijheid als non-dominantie, de vrijheid om onafhankelijk te zijn van een arbitraire macht.

Dit is conceptueel het best verwoord in een voorbeeld: stel er is een kolonie geregeerd door een rijk. Dit rijk kan doen met de kolonie wat het maar wilt. Stel, het rijk verwaarloost de kolonie en kiest ervoor om zijn macht niet ten volle benutten. De koloniale overheid laat zich zo min mogelijk in met de zaken van de kolonisten. Vanuit een liberale zienswijze is de kolonie vrij; er is zeer weinig interventie in het leven van de kolonisten. Stel nu dat de kolonie zich afscheidt van het rijk. Een eigen regering wordt gevormd die de ex-kolonie strenger gaat reguleren dan onder de heerschappij van het rijk. Volgens de liberale logica is de onafhankelijke kolonie onvrijer geworden! Dit is tegenintuïtief, republikeinen poneren juist dat de ex-kolonie vrijer is geworden doordat het onafhankelijker is en niet meer gedomineerd wordt door het rijk en diens grillen.

In de definitie van non-dominantie wordt arbitraire macht vermeld. Arbitraire macht is volgens een republikein een macht die niet gelimiteerd worden door welbekende regels of procedures. Republikeinen zijn daardoor tegen de monarchie. Zeker in vroegere tijden regeerden monarchen absolutistisch en autoritair en konden zij willekeurig hun macht uitoefenen op hun onderdanen. De grond van hun macht was op arbitraire gronden (puur door geboorterecht). Republikeinen streefden hierdoor naar een volkssoevereine republiek met een verkozen staatshoofd met duidelijke regels. Dit is wederom een duidelijke tegenstelling met liberalen. Liberalen hebben een hekel aan regulitis. Republikeinen daarentegen willen niets liever! Zij willen een duidelijk geordende maatschappij onderworpen aan regels die ervoor zorgen dat iedereen onafhankelijk is. Regels zijn dus prima zolang ze aan de non-dominantie doctrine voldoen.

Dat republikeinen voor regels zijn wilt niet zeggen dat deze niet aan bepaalde criteria moeten voldoen. Regels moeten duidelijk gemotiveerd worden (geen technocratie). Regels moeten hierbij open en bloot door de burger kunnen bediscussieerd worden (geen achterkamerpolitiek). Regels moeten het algemeen belang dienen (niet individuele of sectorale belangen). Regels moeten aangevochten kunnen worden door rechtsorganen.

De non-dominantie zou verkeerdelijk begrepen worden als tussen burger en staat. Ook onder burgers onderling kan er sprake zijn van afhankelijkheid van een arbitraire macht. Een maatschappij zonder regels resulteert in een maatschappij waar de recht van de sterkste primeert. Een republikein zal dus ijveren voor een duidelijk law & order rechtssysteem zodat burgers geen slachtoffer kunnen worden van andere burgers met een arbitraire macht.

Het law & order systeem is nooit onfeilbaar. In een noodsituatie kan het recht van de sterkste altijd optreden, zeker als het gaat over criminelen met wapens. Een republikein zal dus vaak pleiten voor privé wapenbezit. Dit is om burgers onafhankelijk te maken van de overheid in een levensbedreigende situatie en ook om onafhankelijk te worden van de met een geweer zwaaiende crimineel (en die roep voor wapenbezit klinkt ook hier luider na de Thalysaanslag). Ook is dit een fail-safe in het geval de staat een arbitraire macht is die omvergeworpen moet worden.

De non-dominantie doctrine kan ook voor dillema's vormen. Een concreet geval is de zorg van de armen. Voor een republikein mag de situatie van de arme niet leiden tot afhankelijkheid, of het nu een uitbuitende werkgever of een liefdadigheidsinstelling is. De staat moet dus voor een menswaardig inkomen vormen en dit gebaseerd op duidelijke criteria. Dit mag wederom de arme niet afhankelijk maken van de verzorgingsstaat en leiden tot een werkloosheidsval. Een republikeinse oplossing zou een universeel basisinkomen kunnen zijn.

Deze voorbeelden illustreren dat republicanisme een waardig alternatief is van liberalisme. Nu dat vrijheid is voldoende uitgelegd, gaat de volgende sectie over republikeinse gelijkheid.

Republicanisme, gelijkheid en herverdeling

Republicanisme promoot gelijkheid net als liberalisme, in de zin dat iedereen gelijke rechten heeft. Een maatschappij met ongelijke rechten zou dominantie en afhankelijkheid onder burgers creëren. De republikein lost dit op door alle burgers gelijke rechten te geven. Zeker in Amerika zijn burgerrechten zeer belangrijk, de Constitutions zijn heilig.

Een voorbeeld is de gelijkheid tussen man en vrouw. In traditionele gezinnen is het vaak de regel dat de man de persoon die arbitraire macht heeft over de afhankelijke, onderdanige vrouw. Ook zijn in zulke gezinnen familiewaarden zeer belangrijk zodat de familie arbitraire macht heeft over de kinderen. Republikeinen pleiten dus voor meer vrouwen- en kinderrechten.

Er is ook veel economische ongelijkheid tussen rijk en arm. Rijken kunnen door die ongelijkheid domineren met een arbitraire macht. Een radicale visie van republicanisme zou ijveren voor egalitarisme door herverdeling. Anders dan liberalen zien republikeinen geen graten in belastingen heffen zolang deze niet-arbitrair zijn. Een meer gematigde visie van republicanisme zou proberen om de dominantie van de rijken te verminderen zonder te moeten ijveren voor egalitarisme.

Een manier voor armen om onafhankelijk te worden is door een gelijkekansenbeleid. Personen die de mogelijkheid krijgen om hun capaciteiten te benutten en ontwikkelen zorgen ervoor dat ze minder afhankelijk worden van anderen. In wezen zorgt een gelijkekansenbeleid ervoor dat burgers zich kunnen wapenen tegen ongelijkheid zodat ze niet meer gedomineerd worden door rijkere burgers.

Als een rijke toch een minder-rijke viseert (zoals intimidatie), wordt dit beter door de strafwet geregeld dan door herverdeling. Ook als een rijke zich meer macht toe-eigent door te doneren aan politieke partijen (zoals in de VS vaak gebeurt), kan dit beter opgelost worden door publieke financiering (zoals in België gebeurt) dan herverdeling.

Ik zou ook moeten erop wijzen dat inkomensongelijkheid tussen burgers onderling de machtsevenwichten verstoort, maar dat herverdeling de machtsevenwichten tussen de burgers en de staat evengoed verstoren. Een republikein houdt dus hier rekening mee en gaat non-dominantie proberen te maximaliseren door trade-offs.

Republikeinen staan zelf neutraal tegenover de vrije markt. De vrije markt kan mensen onafhankelijk maken of juist afhankelijk. De vrije markt kan civiele deugden mogelijk maken of juist onmogelijk maken. Het is zeker dat laissez-faire liberalisme uit den boze is voor republikeinen. Consumentisme erodeert de communitaristische banden tussen burgers (zie hieronder). Zelf zie ik het Duitse ordoliberalisme als de beste visie van de vrije markt voor republikeinen.

Een republikein is dus voor egalitarisme en herverdeling. Anders dan socialisten zien zij egalitarisme niet als doel maar als een instrument om burgers economisch onafhankelijk te maken van arbitraire machten.

Republicanisme en communitarisme: civiele deugd

Buiten de non-dominantie doctrine hebben republikeinen een beeld van hoe de ideale samenleving uitziet. Deze is sterk verwant met communitarisme: zij zien de staat als handelend voor het algemeen belang en burgers die civiele deugden ontwikkelen ter functionering van de maatschappij. Zij verwachten ook dat burgers hun steentje bijdragen aan de gemeenschap, zelfs als dit tegen hun eigenbelang in gaat. Dit is in scherp contrast met liberalen die een individualistische samenleving beogen waarbij het privaat belang centraal staat. Zij stellen minimale voorwaarden aan civiele deugden: als iedereen zijn eigenbelang nastreeft zal automatisch het algemeen belang worden nagestreefd en de enige echte civiele deugd is hun democratisch recht te gebruiken om te gaan stemmen.

Republikeinen zijn veel meer sociaal geëngageerd. Een van de vele civiele deugden is burgerparticipatie in het middenveld en de gemeenschap. Liefdadigheid zorgt voor sociale prestige in de gemeenschap. Burgerorganisaties zijn belangrijk om de republikeinse vrijheid te waarborgen: zij dienen als waakhond om republikeinse onvrijheden onder de aandacht te vestigen, zij geven vocaal steun aan wetten die de republikeinse vrijheid promoten en zij mobiliseren wanneer machten die republikeinse vrijheden willen inperken.

Republikeinen hebben aan één ding grondige hekel: corruptie. Liberalen wantrouwen de staat en aanzien ambtenaren als per definitie corrupt. Republikeinen zien het eerder pragmatisch, individuen hebben het potentieel om corrupt te worden. Zij promoten civiele deugden bij ambtenaren door middel van selectieprocedures en sancties. Burgers worden aangespoord om onregelmatigheden zelf aan te kaarten bij de controle-instanties.

Republikeinen zien herverdeling ook als een civiele deugd. Zij zien eigendom als een onderdeel van het gemeenschapsbelang. Dit wilt niet zeggen dat zij zoals communisten privé-eigendom willen collectiviseren. Republikeinen zien privé-eigendom ook als een nodige conditie voor een onafhankelijk leven. Door privé-eigendom kunnen burgers het algemeen belang dienen, economische orde creëren en hun bijdrage leveren aan de algemene welvaart. Individuele eigendomsrechten is dus evenzeer belangrijk voor republikeinen als voor liberalen.

Republikeinen hebben een aparte kijk op naties. Republikeinen zien patriottisme als een civiele deugd, als het tonen van loyaliteit en liefde aan de staat en het algemeen belang. Soldaten, agenten en veteranen worden door republikeinen met veel respect behandeld voor hun verdediging van hun land, de republikeinse vrijheid en deugden en hun ultiem offer nl. het ten dienste te stellen van hun leven voor het algemeen belang. Burgerlijk nationalisme wordt verkeerdelijk "liberaal nationalisme" genoemd maar heeft zijn wortels in het republicanisme. Republikeinen hanteren het jus soli principe en nieuwkomers worden geaccepteerd als en slechts als zij de republikeinse waarden accepteren.

Broederlijkheid volgens republikeinen

Na deze enorme lange kadering van republicanisme zou ik terug willen komen op het stuk van Bart De Valck. Daarin schreef hij:
"Broederlijkheid heeft veel te maken met pluralisme en met een welbegrepen republikeins ideaal." (...) "Verdraagzaamheid en tolerantie zijn dus nauw verweven met elk republikeins ideaal, hoe dat ideaal verder ook ideologisch (links of rechts) mag zijn ingevuld."
Broederlijkheid zoals in de nationale leuze van Frankrijk (liberté, egaliteé, fraternité) is zoals Bart De Valck zelf aantoont vaak ingepikt door christendemocraten en socialisten zodat deze dan een internationalistische, multiculturalistische of personalistische context aangaven. Broederlijkheid reduceren tot verdraagzaamheid en tolerantie zou een grove onderschatting zijn hoe republikeinen broederlijkheid zien.

Republicanisme ziet broederlijkheid als een civiele deugd die loyaliteit en solidariteit tussen burgers bevordert. Broederlijkheid wordt als een middel ter integratie gezien. In die zin is broederlijkheid wel verweven met verdraagzaamheid en tolerantie. Laïcité of secularisme wordt een middel om levensbeschouwelijk pluralisme te vrijwaren van dominantie, of het nu van de staat of een levensbeschouwing komt.

In de VS is er een strikte scheiding van kerk en staat maar is ook een ambigu verhouding met godsdiensten. Republikeinen stellen vrije meningsuiting zeer zeker op prijs maar houden het algemeen belang ook in het achterhoofd. Het beledigen van godsdiensten is een dunne koord voor Amerikanen, zelf vaak gelovig. De niet-publicatie van de Charlie Hebdo cartoons door Amerikaanse kranten worden dan vanuit die dichotomie bekeken.

Een ander republikeins dilemma is de hoofddoek. Het hoofddoekenverbod in Frankrijk wordt aanzien als een republikeins-geïnspireerde wet. Omdat de hoofddoek als een middel wordt gezien van de dominantie van de moslimman over de moslimvrouw, dient de staat hier in te grijpen. Er is evenzeer kritiek dat deze dominantie wordt vervangen door de staat (ik ben het daar niet mee eens) en dus anti-republikeins is.

Conclusie: nood aan republicanisme in Vlaanderen

Er is nagenoeg geen enkele partij die het republicanisme vertegenwoordigt in Vlaanderen. Er zijn natuurlijk wel partijen die tegen de monarchie zijn maar dit is maar het topje van de ijsberg van het republicanisme als ideologie.

Een revival van republicanisme heeft de potentie om liberalisme van de troon te stoten als vrijheidslievende ideologie. Republicanisme kan met zijn reflex voor sociale gelijkheid, vrijheid, communitarisme en civiele deugden een medicijn bieden voor de verzuchtingen van de burger.

Het republicanisme kan een antwoord bieden op verscheidene maatschappelijke problemen zoals de immigratie- & integratieproblematiek, de sociale zekerheid van de toekomst, de uitwasemingen van de vrije markt, het gebrek aan samenhorigheid en zo veel meer.

Republicanisme is ook uitstekend compatibel met verscheidene ideologieën (buiten het liberalisme), van links tot rechts. Conservatieven en nationalisten zullen republicanisme appreciëren voor het communitaristisch perspectief op de samenleving en de civiele deugden. Socialisten zullen republicanisme appreciëren voor het egalitaristische karakter van de republikeinse vrijheid.

De Vlaamse Beweging kan hier een voortrekkersrol spelen. Republicanisme is onafhankelijkheid en soevereiniteit sterk genegen, de kern van het Vlaams-nationalisme. Republicanisme kan een kaderwerk bieden voor een complexloos Vlaams-nationalisme zonder verwijten van neoliberalisme of racisme.

Ik zie dan ook een mogelijkheid voor een partij als N-VA om zijn liberale discours (dat haaks staat op hun streven naar een gemeenschapspartij) te vervangen door een republikeins discours.


Reacties